Het ontwerp voor het nieuwe paviljoen is een alzijdig gebouw dat aan geen enkele kant is begrensd. Doordat de vloer maar net iets boven het maaiveld ligt lopen landschap en tuin vloeiend in elkaar over. Met de draaiende wanden kunnen eindeloos veel verschillende ruimtes gemaakt worden waarbij de relatie tussen park en paviljoen steeds anders is. Zo wordt het paviljoen een instrument om het landschap mee te beleven; spelenderwijs kan men experimenteren met zichtlijnen en ruimte. Het perspectief kan worden gemanipuleerd en de ruimte en het uitzicht kunnen groter of kleiner worden gemaakt.
De abstracte, sculpturale vorm van het paviljoen contrasteert met de omliggende natuur. Dit versterkt zijn functie als omlijsting van het zicht op het landschap. Ook de materialisatie versterkt deze abstractie; het dak en de wanden zijn bedekt met smalle latten van Western Red Cedar dat langzaam zilvergrijs wordt. Dit zal niet gelijkmatig gebeuren aangezien sommige delen meer blootgesteld worden aan de elementen dan andere. De geleidelijke verandering in kleur is een onderdeel van het ontwerp en omarmt de rol die de tijd hierin speelt.
jaar: 2018
opdracht: prijsvraag
type: architectuur
oppervlakte: 50m2
samenwerking: Barend Koolhaas & Reinier Suurenbroek
plattegrond
foto tentoonstelling